Alexis Bienvenu

Protectiemaatregelen tegen elke prijs?

Zowel in Europa als in de VS horen we tijdens dit verkiezingsjaar dezelfde kreet: bescherm ons! Waartegen? Dat hangt af van de groep die de kreet slaakt: inflatie, immigratie, buitenlandse inmenging, ‘wokisme’, racisme, oorlog, verandering, maatschappelijk verval, noem maar op.

In de VS hebben vooral de Republikeinen daar wel oren naar. Het liberalisme van de Reagan-jaren is op de terugtocht en een nieuwsoortig protectionisme heeft wind in de zeilen. Het is niet alleen tegen immigratie gericht, maar ook tegen internationale concurrentie, met name uit China. Afgaande op Trumps ‘agenda 47’, die te vinden is op zijn website, laat diens programma duidelijk zien welke kant het op gaat; dat blijkt onder meer uit een analyse van Deutsche Bank. Trumps programma omvat marktbrede invoerrechten van 10% op alle goederen en diensten, verhoogde invoerrechten voor landen die zelf rechten heffen op importen uit de VS, en wel tot hetzelfde niveau, intrekking van China’s status van meest begunstigde natie – met daarbij nieuwe invoerrechten van doorgaans 50% of 60% – en tevens de herinvoering van heffingen op de import van staal en nieuwe heffingen op Europese producten, met name op auto’s – veelal Duitse.

Hoewel het een hele klus kan worden om al deze maatregelen goedgekeurd te krijgen door het Congres, zouden ze gedeeltelijk kunnen worden geïmplementeerd, te meer daar ze in het verlengde liggen van het beleid dat Trump in de periode 2018-2019 heeft ingevoerd.

Wat staat de Amerikanen, en indirect dus ook de wereldeconomie, te wachten?

De VS kunnen hopen op een herlokalisering van sommige industrietakken en diensten, die vanzelf concurrerender zouden worden; dat is een pluspunt. Het is het voornaamste verkiezingsargument: meer industrie in eigen land en dus meer banen. De federale overheid zou ook automatisch meer inkomsten krijgen. Gelet op het chronische begrotingstekort, en dat bij hoge rentestanden, is dit een zwaarwegend argument. De Tax Foundation raamt de jaarlijkse extra belastingontvangsten op USD 300 miljard.

Maar voor niets gaat de zon op: Protectionisme heeft ook nadelen. Allereerst zou door de heffingen op geïmporteerde goederen en diensten onvermijdelijk de inflatie aantrekken. Dat zou nadelig zijn voor ofwel de Amerikaanse producenten zelf, namelijk wanneer zij op invoer aangewezen zijn, ofwel de consumenten van ingevoerde goederen. Bovendien zou het benadelen van buitenlandse ondernemingen de concurrentie verminderen, zodat binnenlandse bedrijven meer speelruimte krijgen om de prijzen te verhogen. Deze zouden overigens vaak geen keuze hebben, want de arbeidskosten zijn in de VS heel wat hoger dan bij de meeste van hun handelspartners. Natuurlijk zouden de betreffende landen niet bij de pakken blijven zitten. Ze zouden hun eigen invoerrechten kunnen instellen en zo de Amerikaanse uitvoer verzwakken, waardoor de inflatiespiraal zou worden aangezwengeld. Ten slotte zou dit de dollar kunnen versterken door a priori de uitstroom van dollars uit de VS te verminderen. De Amerikaanse export, die weliswaar een klein deel van het bbp uitmaakt, zou het nog zwaarder te verduren krijgen.

Uit deze vooruitblik blijkt dat de eventuele implementatie van het programma van Trump een grote impact op de wereldeconomie zou hebben. Een gedeeltelijke herlokalisering van het bedrijfsleven naar de VS zou de werknemers in dat land zeker ten goede kunnen komen – maar gelet op de lage werkloosheidsgraad is die reddingsboei op dit moment niet echt nodig. Als consumentenland zouden de VS echter vooral meer inflatie krijgen en ook als exporteur zouden ze waarschijnlijk nadeel ondervinden. Minder groei dus, en meer inflatie: er kleven flinke nadelen aan protectionisme. Is de kiezer bereid om deze te accepteren? Het antwoord op die vraag volgt op 5 november 2024.

 

 

Geschreven op 31 mei 2024 – Alexis Bienvenu, Fund Manager.